In ons artikel over de verschillen tussen aandelen en obligaties kon je al lezen dat er twee verschillende obligaties te onderscheiden zijn: bedrijfsobligaties en staatsobligaties. Feitelijk zeggen de woorden min of meer al waar het om gaat. Bedrijfsobligaties komen vanuit het bedrijfsleven, staatsobligaties hebben met overheden te maken. Hoe het allemaal precies werkt en wat staatsobligaties nu precies zijn, ontdek je in onderstaand artikel.
Een duur woord voor “lening”
In onze artikelen over de obligatielening en ‘alles wat je moet weten over obligaties’ deden we al uit de doeken dat het woord “obligatie” niets meer of minder is dan een duur woord voor “lening”. In tegenstelling tot bijvoorbeeld aandelen kun je nooit eigenaar worden van de obligatie. Als je besluit om obligaties te kopen dan ben je simpelweg de kredietverstrekker. Jij bent min of meer de bank van wie geld geleend wordt en in ruil daarvoor ontvang je rente over het geleende bedrag, de zogenaamde couponrente. Daarbij zijn korte- en langlopende obligaties te onderscheiden. Zoals met alle andere vormen van beleggen en investeren (valuta, crypto, grondstoffen etc.) geldt: hoe groter het risico, des te groter het rendement. Lang werd gedacht dat staatsobligaties dé veilige haven was om te beleggen. Dit is niet langer 100% het geval, maar voordat we daar meer over vertellen is het wellicht slim om te weten wat staatsobligaties nu precies zijn.
Staatsobligaties vs. bedrijfsobligaties
“Money makes the world go round.” We hebben het allemaal nodig. Voor de dagelijkse boodschapjes. Voor je woning. Voor nieuwe kleding. Dit is voor de gewone man of vrouw het geval, maar natuurlijk ook voor bedrijven en overheden. Geld is nodig om bepaalde zaken te bekostigen. Een nieuw bedrijfspand bijvoorbeeld of nieuwe apparatuur. Om ambtenaren te kunnen betalen of om een nieuw aquaduct te bouwen. Om dit te kunnen bekostigen kunnen bedrijven en overheden obligaties uitbrengen. Ze lenen geld tegen een bepaalde rente. In principe kan iedereen obligaties kopen. Jij. Wij. Maar ook fondsen, banken, bedrijven en overheden.
Wanneer een overheid geld leent om de begroting sluitend te krijgen noemen we dat een staatsobligatie. In Nederland worden staatsobligaties op de markt gebracht door het Agentschap van het ministerie van financiën dat gevestigd is in Den Haag. Het agentschap trekt kort- en langlopende staatsleningen aan om het financieringstekort van het Rijk te dekken. Voorafgaand aan het uitbrengen van de staatsobligatie wordt vastgelegd wat de looptijd is van de staatslening en tegen welk (vaste) rentepercentage. Een looptijd van 10 jaar is normaal, maar er zijn ook kortlopende staatsobligaties die een looptijd kennen van 5 jaar of minder. Tevens zijn er staatsobligaties die een (veel) langere looptijd kennen, soms tot wel 30 jaar.
Risico’s
Zoals bij elke vorm van beleggen en investeren kleven er risico’s aan het (op)kopen van staatsobligaties. Lange tijd was het kopen van staatsobligaties één van de veiligste vormen van beleggen. Want hoe groot is de kans nu daadwerkelijk dat een land failliet gaat? Sinds de Eurocrisis denken we daar toch net even anders over. In 2009 bleek dat Griekenland niet langer in staat was om de leningen die het land was aangegaan zelfstandig terug te betalen. Hulp was benodigd en gelukkig kreeg het land deze hulp ook. In de vorm van extra giften, maar ook door middel van het afwaarderen van openstaande staatsobligaties en de uitgifte van nieuwe staatsobligaties met een lange looptijd en een lage rente. Het was een moment in de geschiedenis dat voor veel mensen een dure aangelegenheid is gebleken. Want wat als je nu in het bezit was van een staatsobligatie die was uitgegeven door Griekenland en je vervolgens te horen kreeg dat je veel minder rendement erop ontving dan op voorhand was afgesproken? Of zelfs helemaal geen rendement en je je ingelegde geld zelfs kwijt was? Niet iets wat een belegger wilt horen natuurlijk, maar wel de harde waarheid ten tijden van de Eurocrisis. Overigens bleef het toentertijd niet alleen bij Griekenland die hulp ontving. Ook Spanje, Portugal, Ierland en Cyprus hebben een groot deel van de staatsobligaties moeten afwaarderen om het hoofd boven water te kunnen houden. Dit toont duidelijk aan dat een staatsobligatie niet langer dé veilige haven is die het lang geweest is.
Kredietwaardigheid van overheden
Daar staat natuurlijk wel weer tegenover dat de kans klein is dat landen met een AA+ (of hogere) waardering vroeg of laat niet meer aan hun betalingsverplichtingen kunnen voldoen. Landen als Nederland, de Verenigde Staten en Australië hebben volgens kredietbeoordelaar Standard & Poor’s (S&P) allemaal een AA+ rating of hoger. Hiermee wordt aangegeven dat de overheden van de betreffende landen (zeer) kredietwaardig zijn en zodoende zijn staatsobligaties die door landen met zo’n hoge rating worden uitgegeven over het algemeen redelijk risicoloos. Uiteraard betekent dit dan wel weer automatisch dat het rendement lager is dan wanneer je staatsobligaties koopt van landen met een lagere kredietwaardigheid.
Waardeverandering van valuta
Een andere factor die van invloed kan zijn op de risico’s van het beleggen in staatsobligaties is de op- en afwaardering van valuta. In ons artikel over de Forex-markt kon je al lezen dat de koersen van valuta voortdurend schommelen. Dit kan van invloed zijn op je uiteindelijke rendement. Stel dat de Amerikaanse dollar plots een stuk minder waard wordt, dan kan het gebeuren dat je minder voor je geld terugkrijgt dan je op voorhand had gepland.
Inflatie
Een laatste factor die nog bepalend is voor het uiteindelijke rendement dat je behaald uit het beleggen in staatsobligaties is de inflatie. Geld kan op- en afgewaardeerd worden naarmate de tijd vordert. Met dure woorden noemt men dat inflatie en deflatie. De werking is simpel: wanneer je vandaag de dag een bepaald product kunt kopen voor 1 euro en volgend jaar moet je voor ditzelfde product 1,10 euro betalen, dan is er sprake van inflatie. Je kunt tenslotte voor hetzelfde geld minder kopen. Ieder jaar opnieuw krijgen we hier mee te maken en omdat staatsobligaties over het algemeen een langere looptijd kennen, kan het gebeuren dat je beoogde rendement verdampt is door de inflatie. Iets om rekening mee te houden dus als je besluit om staatsobligaties (met een lange looptijd) te kopen.
Is het slim om staatsobligaties te kopen?
Dan de hamvraag: is het slim om staatsobligaties te kopen als belegging. Het antwoord is “soms”. Er zitten namelijk voor- en nadelen aan staatsobligaties. Eén van de grootste nadelen van staatsobligaties is de lange looptijd. Zolang je de staatsobligatie in je bezit hebt staat je geld vast. Je kunt er niet bij en het zodoende ook niet investeren in andere interessante zaken zoals windmolens, een vakantiewoning of grond. In veel gevallen is het alsnog een slimmere keuze dan het geld op je spaarrekening te laten staan, want de historisch lage rente op je spaarrekening zorgt er nu niet bepaald voor dat je serieuze knaken gaat maken met je spaargeld. Bij een staatsobligatie die is uitgegeven door een kredietwaardig land zal de rente ook niet extreem hoog zijn, maar doorgaans alsnog hoger dan bij de ING, RABO of ABN-AMRO. Maar dan staat het dus alsnog wel vast zolang je de staatsobligatie in je bezit hebt.
Je kunt tussentijds staatsobligaties van de hand doen of juist kopen. Ook dit is weer risicovol. Voor ongeoefende beleggers is het niet aan te raden om tussentijds staatsobligaties op te kopen. De prijs van een obligatie is namelijk afhankelijk van de rentestand, de resterende looptijd en de actuele kredietwaardigheid van de uitgever van de obligatie. Dit zijn stuk voor stuk zaken die voortdurend veranderen en daarmee dus van invloed zijn op het uiteindelijke rendement. Het opkopen van reeds uitgegeven obligaties gebeurt zodoende voornamelijk door professionele investeerders en fondsen. Het tussentijds van de hand doen van een staatsobligatie heeft als voordeel dat je geïnvesteerde geld weer vrijkomt, maar je moet goed opletten op de huidige waarde van de obligatie. Dit wordt weergegeven als percentage ten opzichte van de waarde bij uitgifte. Soms is het dus zinvoller om de staatsobligatie vast te houden, zelfs als het betekent dat je geld vaststaat en je er dus niets anders mee kunt doen. Geduld loont (vaak) als het om obligaties gaat.
Ben je na het lezen van dit artikel tot de conclusie gekomen dat beleggen in staatsobligaties niet dé manier voor jou is om wat met je spaarcenten te doen? Lees dan vooral ons artikel over 8 verschillende manieren om geld te investeren eens. In dit artikel geven we je alternatieven die minder risicovol zijn en/of meer rendement opleveren dan beleggen in staatsobligaties. Want alhoewel het beleggen in staatsobligaties in veel gevallen alsnog dé veilige haven is die het ooit sowieso al was, is vooral de lange looptijd en het relatief lage rendement een doorn in het oog van veel (amateur)beleggers. Wat dat betreft zijn er genoeg andere wegen die naar Rome leiden. Of in dit geval: naar een goed gevulde bankrekening!